Sikafloor®-151

• Environmental Product Declaration (EPD) volgens EN 15804. EPD onafhankelijk geverifieerd by Institut für Bauen und Umwelt e.V. (IBU)

• Draagt bij tot het behalen van de Indoor Environmental Quality (EQ) Credit: Low-Emitting Materials onder LEED® v4

• Draagt bij tot het behalen van de Materials and Resources (MR) Credit: Openbaarmaking en optimalisatie van bouwmaterialen - Milieuproductverklaringen onder LEED® v4

• Draagt bij aan het behalen van de Materials and Resources (MR) Credit: Openbaarmaking en optimalisatie van bouwproducten - Materiaal ingrediënten onder LEED® v4

• Brandclassificatie volgens EN 13501-1, testinstituut Universiteit Gent, België, testrapport 20-0771-2

• CE-markering en prestatieverklaring gebaseerd op EN 13813:2002 Dekvloermateriaal en dekvloeren - Dekvloermateriaal - Eigenschappen en eisen - Dekvloermateriaal van kunsthars

• CE-markering en prestatieverklaring gebaseerd op EN 1504-2:2004 Producten en systemen voor de bescherming en reparatie van betonconstructies - Oppervlaktebeschermingssystemen voor beton - Coating

• Hechtgedrag EN 13578, kiwa, rapportnummer P 12091-2.1 E

Epoxy, oplosmiddelvrij

24 maanden vanaf productiedatum

Het materiaal moet in de originele, ongeopende en onbeschadigde verzegelde verpakking droog worden bewaard bij temperaturen tussen +5 °C en +30 °C. Raadpleeg altijd de verpakking.

Raadpleeg het actuele veiligheidsinformatieblad voor informatie over veilige hantering en opslag.

~100 %

BELANGRIJK

Gelijktijdige mechanische en chemische belasting

Indien het product wordt blootgesteld aan temperaturen tot +60 °C, kan gelijktijdige mechanische of chemische belasting het product beschadigen.

1. Stel het product niet bloot aan chemische of mechanische belasting bij hoge temperaturen.

Pas op voor condensatie!
De temperatuur van de ondergrond en van het niet uitgehard materiaal dient minimaal 3°C hoger te zijn dan het dauwpunt om het risico van
condensvorming, witte verkleuring of kleverigheid (carbamaat vorming) op de vloerafwerking te verminderen. Opmerking: lage temperaturen en
hoge luchtvochtigheid verhogen de kans op witte verkleuring of carbamaat vorming (kleverig oppervlak).

BELANGRIJK

Tijdelijk vochtscherm

Indien het vochtgehalte in de ondergrond gemeten met de CM-methode is > 4% in gewichtsdelen, breng dan een tijdelijk vochtscherm aan bestaande uit Sikafloor® EpoCem®.

1. Raadpleeg Sika Technical Service voor meer informatie.

Geen optrekkend vocht (ASTM D4263, polyethyleen folie)

Wachttijd tot overlagen met oplosmiddelvrije producten:

Wachttijd tot overlagen met oplosmiddelhoudende producten:

Tijden zijn bij benadering en worden beïnvloed door veranderingen in omgevingscondities, met name temperatuur en relatieve luchtvochtigheid.

Mengverhoudingen zijn in gewichtsdelen.

De volgende zandmengsels kunnen als geschikt worden beschouwd (korrelgrootteverdeling voor laagdikten van 15-20 mm):
25 delen kwartszand 0,1–0,5 mm
25 delen kwartszand 0,4–0,7 mm
25 delen kwartszand 0,7–1,2 mm
25 delen kwartszand 2–4 mm

Let op: De grootste korrelafmeting moet maximaal 1/3 zijn van de eindelijke laagdikte. Afhankelijk van de korrelstructuur en  verwerkingstemperatuur dient het zandmengsel en de meest geschikte mortelsamenstelling bepaald te worden.

Opmerking: De verbruiksgegevens zijn theoretisch en houden geen rekening met extra materiaal als gevolg van zuiging, ruwheid en onvlakheid van het oppervlak, materiaalverlies of andere variaties. Breng het materiaal aan op een testoppervlak om het exacte verbruik voor de specifieke ondergrond en de voorgestelde applicatieapparatuur te bepalen.

MENG GEREEDSCHAP

• Elektrische menger met dubbele spindel (>700 W, 300 tot 400 rpm)

APPLICATIE GEREEDSCHAP EQUIPMENT

• Harde wisser

• Vachtroller

De cementeuse ondergrond (beton/dekvloer) moet gezond en voldoende drukvast (minimaal 25 N/mm²) zijn, met een minimale hechtsterkte van 1,5 N/mm².
De ondergrond dient schoon en droog te zijn en vrij van vuil, olie, vet, coating en andere verontreinigingen.

MECHANISCHE VOORBEREIDING ONDERGROND

BELANGRIJK

Het blootleggen van gietgallen en holtes

Bij het mechanisch prepareren van het oppervlak moet u ervoor zorgen dat de gietgallen en holtes volledig worden blootgelegd.

1. Verwijder zwakke cementgebonden ondergronden.
2. Behandel cementgebonden ondergronden mechanisch voor met behulp van stralen of freesapparatuur om cementhuid te verwijderen.
3. Voor het aanbrengen van dunne harslaag, verwijder hoge plekken door middel van slijpen.
4. Gebruik industriële stofzuigers om alle stof, los en brokkelig materiaal van het applicatieoppervlak te verwijderen, alvorens het product aan te brengen.
5. Gebruik producten uit het Sikafloor®, Sikadur® en Sikagard® assortiment om het oppervlak te egaliseren of om scheuren, gietgallen en gaten op te vullen.

Neem contact op met de Technical Service van Sika® voor aanvullende informatie over producten voor het egaliseren en repareren van defecten.

ONDERGROND VOORBEHANDELING VAN NIET CEMENTGEBONDEN ONDERGRONDEN

Voor informatie voor de ondergrond voorbehandeling van niet cementgebonden ondergronden neem contact op met Technical Service van Sika®.

BEHANDELING VAN VOEGEN EN SCHEUREN

Dagnaden en aanwezige statische scheuren in de ondergrond vereisen zorgvuldig te worden afgedicht alvorens de volledige afwerking wordt aangebracht. Gebruik hiervoor SikaDur® of Sikafloor ® epoxyhars.

Opmerking: Om de viscositeit van het product aan te passen kan Sika® Stellmittel T worden toegevoegd.

MENGPROCEDURE PRIMER 

1. Meng component A (hars) voor ~30 seconden.
2. Voeg component B (harder) toe aan component A.
3. BELANGRIJK Niet overmatig mengen. Meng component A + B continu voor ~3 minuten tot een uniform mengsel is bereikt.
4. Om zeker te zijn van een volledige menging het gemengde materiaal overgieten in een schoon vat en nogmaals kort mengen om een egaal en uniform mengsel te verkrijgen.
5. Schraap tijdens de laatste mengfase minstens één keer langs de zijkanten en de bodem van het mengvat met een spatel of vlakke spaan om een volledige menging te garanderen.

UITVLAKLAAG EN TROFFELMORTEL MENGPROCEDURE

1. Meng component A (hars) voor ~30 seconden..
2. Voeg component B (harder) toe aan component A.
3. Tijdens het mengen van component A + B, geleidelijk de voorgeschreven vulstof of aggregaten toevoegen.
4. BELANGRIJK Niet overmatig mengen. Meng nog 2 minuten tot een uniform mengsel is bereikt.
5. Om zeker te zijn van een volledige menging het gemengde materiaal overgieten in een schoon vat en nogmaals minimmal 1 minuut om een egaal en uniform mengsel te verkrijgen.
6. Schraap tijdens de laatste mengfase minstens één keer langs de zijkanten en de bodem van het mengvat met een spatel of vlakke spaan om een volledige menging te garanderen.

BELANGRIJK

Beschermend tegen vocht

Bescherm het product na het aanbrengen gedurende minstens 24 uur tegen vocht, condensatie en direct contact met water.

BELANGRIJK

Tijdelijke verwarming

Als er tijdelijke verwarming nodig is, gebruik dan geen gas, olie, paraffine of andere fossiele brandstoffen. Deze produceren grote hoeveelheden zowel kooldioxide als waterdamp, wat de afwerking nadelig kan beïnvloeden. 

1. Gebruik voor de verwarming alleen elektrische warmeluchtblazers.

BELANGRIJK

Pinholes

Als het product wordt aangebracht op een poreuze ondergrond tijdens stijgende temperaturen kunnen pinholes onstaan door opstijgende lucht.

1. Breng het product aan bij dalende temperaturen.
    

BELANGRIJK

Dichtzetten van pinholes

Als er pinholes zijn nadat het materiaal is uitgehard, kan er blaasvorming ontstaan in de volgende laag. Dicht eventuele pinholes als volgt.

1. Het uitgeharde oppervlak licht schuren.
2. Breng een wisserlaag aan bestaande uit het materiaal gemengd met ~3% Sika® Stellmittel T.

STANDAARD PRIMER APPLICATIE

1. Giet het gemengde product uit op de ondergrond. Het verbruik staat vermeld in Verwerkingsinformatie.
2. Verdeel het product gelijkmatig over het oppervlak met een kortharige roller of vloerwisser.
3. Rol het oppervlak kruislings na met een vachtroller. Een afwerking zonder aanzetten wordt bereikt als gedurende de verwerking steeds “nat in nat” aangesloten wordt.
4. Als instrooien is vereist wacht dan 15 tot 30 minuten, daarna instrooien met kwartszand. Strooi eerst open in en vervolgens in overvloed.
5. BELANGRIJK Controleer of de wachttijd of overlaagtijd is bereikt, voordat u volgende laag aanbrengt. (Zie het gedeelte "wachttijd tot overlaging" van Verwerkingsinformatie). Zodra het materiaal voldoende is uitgehard, verwijdert u al het losse zand met een industriële stofzuiger.

UITVLAKLAAG / SCHRAAPLAAG

Gereedschap:

• Vloerwisser

• Spaan

1. Giet het gemengde product uit op de ondergrond. Het verbruik staat vermeld in Verwerkingsinformatie.
2. Verdeel het product gelijkmatig over het oppervlak met een spaan of vloerwisser.

HECHTBRUG

1. Giet het gemengde product uit op de ondergrond. Het verbruik staat vermeld in Verwerkingsinformatie.
2. Verdeel het product gelijkmatig over het oppervlak met een kwast, roller of vloerwisser.
3. Rol het oppervlak kruislings na met een vachtroller. Een afwerking zonder aanzetten wordt bereikt als gedurende de verwerking steeds “nat in nat” aangesloten wordt.
4. (Optioneel) Indien nodig breng een tweede primerlaag aan.

TROFFELMORTEL

BELANGRIJK

Niet geschikt voor contact met water

Dit product is niet geschikt voor contact met water tot het geseald is met een seallaag.

1. Giet het gemengde product uit op de nog plakkerige hechtprimer. Het verbruik staat vermeld in Verwerkingsinformatie.
2. Verspreid en egaliseer het oppervlak met een vloerrei tot de gewenste dikte tussen de dekvloerrails / latten, indien geïnstalleerd.
3. Verdicht het product met een spaan.
4. Werk het oppervlak af tot de gewenste oppervlaktetextuur met spanen of een vlindermachine.

EPOXY REPARATIEMORTEL

1. Giet het gemengde product uit op de nog plakkerige primer.
2. Breng het product met een spaan op de gewenste dikte aan.
3. Verdicht het aangebrachte product met een spaan.
4. BELANGRIJK: Contoleer dat de wachttijd tot overlaging is bereikt voordat u volgende producten toepast. (Zie de Wachttijden tot overlagen in de Verwerkingsinformatie). Glad het aangebrachte product af met een spaan.

Reinig alle gereedschappen en verwerkingsapparatuur onmiddellijk na gebruik met Verdunner C. Uitgehard en/of uithardend materiaal kan alleen mechanisch worden verwijderd.